acquireert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: acquireert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ac·qui·reert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
acquireren |
acquireert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van acquireren
- Jij acquireert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van acquireren
- Hij acquireert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van acquireren
- Acquireert!