achteropkomend
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ach·ter·op·ko·mend
Werkwoord
vervoeging van: | achteropkomen |
verbogen vorm: | achteropkomende |
achteropkomend
- onvoltooid deelwoord van achteropkomen
- ▸ De achteropkomende achtervolgers deinsden geschrokken terug toen hij met de beitel begon te zwaaien.[1]