aanwenseltje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanwenseltje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈaɱwɛnsəlcə / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·wen·sel·tje
Zelfstandig naamwoord
het aanwenseltje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aanwensel