aanschroef
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aanschroef (hulp, bestand)
- IPA: / ˈansxruf / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- aan·schroef
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aanschroeven |
aanschroef
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanschroeven
- ... dat ik aanschroef.
Gangbaarheid
- Het woord 'aanschroef' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.