ziekterisico
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ziekterisico (hulp, bestand)
- IPA: / ˈziktəˌriziko / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- ziek·te·ri·si·co
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ziekte zn en risico zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ziekterisico | ziekterisico's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- gevaar dat men (door iets) ziek wordt
- ▸ Volgens het Voedingscentrum kán deze vorm van vasten dan ook gunstige gezondheidseffecten hebben en effectief zijn voor gewichtsverlies. Hierdoor is deze methode erg in trek, maar ondanks de groeiende populariteit bestaan er toch nog twijfels over intermittent fasting. Er is te weinig onderzoek naar verricht. Gegevens over de langetermijneffecten op gezondheid en ziekterisico zijn nauwelijks voorhanden.[1]
- ▸ Voor werkgevers neem je een drempel weg om transgenders aan te nemen omdat het ziekterisico verlegd wordt.[2]
Gangbaarheid
- Het woord ziekterisico staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Aiko van Hooijdonk“Wil je afvallen? Flexibel vasten is de nieuwe trend” (30-07-2018), Tubantia
- ↑ Weblink bron Priscilla van Agteren“'Toen ik op werk vertelde dat ik transgender ben, kon ik gelijk gaan'” (11-10-2018), Tubantia