zalvende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zal·ven·de
Werkwoord
vervoeging van: | zalven |
zalvende
- verbogen vorm van zalvend, het onvoltooid deelwoord van zalven
Bijvoeglijk naamwoord
zalvende
- verbogen vorm van de stellende trap van zalvend
vervoeging van: | zalven |
verbogen vorm: | zalvendee |
zalvende
zalvende