zaaddrager

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zaad·dra·ger
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zaaddrager zaaddragers
verkleinwoord zaaddragertje zaaddragertjes

Zelfstandig naamwoord

de zaaddragerm

  1. een plant die speciaal vanwege het zaad wordt gekweekt
    • Die plant is een zaaddrager en het zaad wordt begin oktober gezaaid. 
  2. (plantkunde) een zaadlijst, het deel van het vruchtbeginsel van een plant waar de zaden aan vast zitten
    • De zaaddrager van de plant was nog niet goed ontwikkeld. 

Gangbaarheid

Meer informatie