wikkel in

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wik·kel in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
inwikkelen

wikkel (…) in

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwikkelen
    • Ik wikkel in. 
  2. gebiedende wijs van inwikkelen
    • Wikkel in! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwikkelen
    • Wikkel je in? 

Gangbaarheid