westelijkt
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: westelijkt (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wes·te·lijkt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
westelijken |
westelijkt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van westelijken
- Jij westelijkt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van westelijken
- Hij westelijkt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van westelijken
- Westelijkt!
Gangbaarheid
- Het woord westelijkt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.