verslindt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·slindt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verslinden |
verslindt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verslinden
- Jij verslindt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verslinden
- Hij verslindt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verslinden
- Verslindt!