verregent
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·re·gent
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verregenen |
verregent
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verregenen
- Jij verregent.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verregenen
- Hij verregent.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verregenen
- Verregent!
Gangbaarheid
- Het woord verregent staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.