verduister
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: verduister (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·duis·ter
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verduisteren |
verduister
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verduisteren
- Ik verduister.
- gebiedende wijs van verduisteren
- Verduister!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verduisteren
- Verduister je?