verbrokkeling

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·brok·ke·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord verbrokkeling verbrokkelingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de verbrokkelingv [1]

  1. het uiteen laten vallen in kleine stukjes; het in kleine stukjes breken
     Volgens de CDA-leider zijn alle voorstellen in het CDA-verkiezingspromma erop gericht om de verbrokkeling in de maatschappij tegen te gaan. "Het gaat om de samenleving als geheel."[2]
     Maar de keizerlijke politie hield me al een tijdje in de gaten, want in die tijd wilde Napoleon de verbrokkeling van de provincies, in tegenstelling tot wat hij later nastreefde toen hij een zoon kreeg.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 30 april 2024 Weblink bron “Buma wil afscheid nemen van het individualisme” (Woensdag 12 oktober 2016, 11:18), NOS
  3. De graaf van Monte-Cristo” op Wikipedia (2007), L.J. Veen op Wikipedia, ISBN 9789020413021