uitlopende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: uitlopende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- uit·lo·pen·de
Werkwoord
vervoeging van: | uitlopen |
uitlopende
- verbogen vorm van uitlopend, het onvoltooid deelwoord van uitlopen
Bijvoeglijk naamwoord
uitlopende
- verbogen vorm van de stellende trap van uitlopend