uitgehuwd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- uit·ge·huwd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van uithuwen: voltooid deelwoord (van het scheidbare werkwoord), op te vatten als samenstelling van uit bw en gehuwd ww
Werkwoord
vervoeging van: | uithuwen… |
verbogen vorm: | uitgehuwde |
uitgehuwd
- voltooid deelwoord van uithuwen