suggereert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sug·ge·reert

Werkwoord

vervoeging van
suggereren

suggereert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van suggereren
    • Jij suggereert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van suggereren
    • Hij suggereert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van suggereren
    • Suggereert!