stofzuigt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stof·zuigt

Werkwoord

vervoeging van
stofzuigen

stofzuigt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stofzuigen
    • Jij stofzuigt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stofzuigen
    • Hij stofzuigt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van stofzuigen
    • Stofzuigt!