sponsorde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spon·sor·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
sponsoren |
sponsorde
- enkelvoud verleden tijd van sponsoren
- Ik sponsorde.
- Jij sponsorde.
- Hij, zij, het sponsorde.
- Ik sponsorde.
vervoeging van |
---|
sponsoren |
sponsorde