spijlbout
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spijl·bout
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spijlbout | spijlbouten |
verkleinwoord | spijlboutje | spijlboutjes |
Zelfstandig naamwoord
de spijlbout m
- een bout met aan het eind een langwerpig gat of sleuf waardoorheen een spie of luns wordt gestoken. Door het aanslaan van de spie (scheer) wordt de bout vastgetrokken
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'spijlbout' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.