slapten
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- slap·ten
Zelfstandig naamwoord
de slapten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord slapte
Werkwoord
vervoeging van |
---|
slappen |
slapten
- meervoud verleden tijd van slappen
- Wij slapten.
- Jullie slapten.
- Zij slapten.
- Wij slapten.
Gangbaarheid
- Het woord slapten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.