skisport

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ski·sport
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord skisport skisporten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de skisportv / m

  1. een sportieve manier van skiën
     Het is het Mekka van de skisport en het is de meest uitdagende afdaling van het skiseizoen: de Hahnenkammrennen in Kitzbühel. Vanochtend storten de beste skiërs ter wereld zich met duizelingwekkende snelheden naar beneden. Van de start op 1660 meter hoogte naar de finish op 860 meter, 3312 meter lang: die Streif, de streep.[2]
     Schönfelder had de hoop zich nog te kunnen plaatsen voor de Spelen in Sotsji. Hij zou zondag van start gaan in Sölden, maar een knieblessure zet een streep door zijn laatste ambitie in de skisport.[3]
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Die Streif: twee minuten pure waanzin” (Zaterdag 21 januari 2017, 09:09), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Schönfelder is er klaar mee” (Zondag 27 oktober 2013, 13:22), NOS