sioem
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- si·oem
Woordherkomst en -opbouw
- Herkomst: Hebreeuws, letterlijk: 'beëindiging, afsluiting' [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sioem | sioemiem |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (Jiddisch-Hebreeuws) afsluiting van een traktaat
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'sioem' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.