schokkeren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: schokkeren (hulp, bestand)
Woordafbreking
- schok·ke·ren
Woordherkomst en -opbouw
- van het Frans, [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
schokkeren |
schokkeerde |
geschokkeerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
schokkeren [2]
Gangbaarheid
- Het woord schokkeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.