schadebedrag

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • scha·de·be·drag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord schadebedrag schadebedragen
verkleinwoord schadebedragje schadebedragjes

Zelfstandig naamwoord

het schadebedrago

  1. de schade uitgedrukt in een hoeveelheid geld
     Storm Corrie heeft gisteren voor zeker 10 miljoen euro schade aangericht. Maar het is een eerste berekening, zeggen de verzekeraars; het echte schadebedrag wordt pas later duidelijk en kan dus een stuk hoger zijn.[2]
     De dader is later door het OM verzocht een schadebedrag van 100 euro te betalen. Vanwege gebrek aan bewijs zijn alle dossiers inmiddels gesloten, meldt het onderzoeksprogramma. "Ik ben zeer teleurgesteld over deze uitkomst. Wij zijn het vertrouwen in de instanties helemaal kwijt", reageert Yilmaz.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 oktober 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Verzekeraars: schade door storm Corrie is zeker 10 miljoen euro” (Dinsdag 1 februari 2022, 09:30), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 26 oktober 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “'Instanties faalden bij racistische treiterij gezin in Giethoorn'” (Donderdag 3 februari 2022, 10:36), NOS