ronke
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ronke (hulp, bestand)
- IPA: / ˈrɔŋkə / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈrɔŋ.kə/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈrɔŋ.kə/
- (Limburg): /ˈrɔŋ.kə/
Woordafbreking
- ron·ke
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ronken |
ronke
- aanvoegende wijs van ronken