romaniseren

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  romaniseren    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌromaniˈzerə(n) / (5 lettergrepen)
  • (Noord-Nederland): /ˌromaniˈzɪːrə(n)/
  • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˌromaniˈzeːrə(n)/

Woordafbreking

• ro·ma·ni·se·ren

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van het Franse romaniser (met het achtervoegsel -iseren)

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
romaniseren	romaniseerde	geromaniseerd
zwak -d	volledig

Werkwoord

romaniseren

1. ergatief Romaanse invloeden ondergaan

   • Het Engels is zeer sterk geromaniseerd, sterker nog dan het Nederlands. 

Afgeleide begrippen

• romanisering

Vertalingen

    1. Romaanse invloeden ondergaan   

Duits: romanisieren (de) Engels: Latinize (en)

Frans: romaniser (fr) Spaans: romanizar (es)

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord romaniseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.