rechtsgeldigheid

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rechts·gel·dig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rechtsgeldigheid rechtsgeldigheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de rechtsgeldigheidv

  1. de mate dat iets een juridische waarde heeft
     Dus is het vonnis van het Bundesverwaltungsgericht zonder rechtsgeldigheid aangezien het zich tegen de verkeerde persoon richt, een nulliteit dus.[2]
     De examencommissie van School of Law benadrukt dat het ongeldig verklaren van de tentamens allerlei oorzaken kent. "Het niet kunnen beoordelen van de rechtsgeldigheid van het tentamen behoeft niet aan een storing te liggen, die was ook geregeld gelegen in het niet goed inloggen door studenten, of verkeerde handelingen door studenten en door laptops, camera's of wifi-verbindingen die onvoldoende functioneerden."[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Zij die dromen doden slapen nooit” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044640496
  3. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2022 Weblink bron
    Anna Pruis en Ardi Vleugels
    “Studenten raken diploma kwijt na haperend online tentamentoezicht” (Donderdag 17 september 2020), NOS