realiseerbaar

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • re·a·li·seer·baar
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen realiseerbaar realiseerbaarder realiseerbaarst
verbogen realiseerbare realiseerbaardere realiseerbaarste
partitief realiseerbaars realiseerbaarders -

Bijvoeglijk naamwoord

realiseerbaar [1]

  1. van iets dat het werkelijkheid kan worden
     Het was een onbereikbaar ideaal. Alleen theoretisch realiseerbaar.[2]
     In totaal zijn er in de ruim 136.000 inwoners tellende regio 55 mensen met corona overleden. „We hebben besproken welke maatregelen nog mogelijk en realiseerbaar zijn, maar ook hoe we het aantal contacten tussen mensen verder kunnen beperken”, aldus Fietzek. Hij zegt te beseffen hoe ingrijpend een avondklok is. „Deze maatregelen hebben invloed op wat een mens definieert: sociale contacten.”[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij op Wikipedia, ISBN 9789023479925
  3. Bronlink geraadpleegd op 7 maart 2022 Weblink bron
    Wilco Louwe
    “Inwoners grensregio Bentheim vieren kerst en nieuwjaar met een avondklok” (22-12-2020), Tubantia