polychromeert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- po·ly·chro·meert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
polychromeren |
polychromeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polychromeren
- Jij polychromeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polychromeren
- Hij polychromeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van polychromeren
- Polychromeert!