platte af

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • plat·te af
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
afplatten

platte af

  1. enkelvoud verleden tijd van afplatten
    • Ik platte af. 
    • Jij platte af. 
    • Hij, zij, het platte af. 
  2. aanvoegende wijs van afplatten


Gangbaarheid