peuterprogramma

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  peuterprogramma    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• peu·ter·pro·gram·ma

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  peuter zn  en  programma zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	peuterprogramma	peuterprogramma's
verkleinwoord	peuterprogrammaatje	peuterprogrammaatjes

Zelfstandig naamwoord

het peuterprogramma o

1. (media) programma speciaal gemaakt voor de jongste, nog niet naar schoolgaande, kinderen

   ▸ Het Belgische peuterprogramma Tik Tak komt terug op televisie. In het najaar zijn de eerste afleveringen, vooral bekend om de schaapjes en het schaduwmannetje, weer te zien op de Vlaamse zender Ketnet, maakte de kleindochter van bedenker Mil Lenssens bekend.

Gangbaarheid

• Het woord 'peuterprogramma' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.