organiseerden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- or·ga·ni·seer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
organiseren |
organiseerden
- meervoud verleden tijd van organiseren
- Wij organiseerden.
- Jullie organiseerden.
- Zij organiseerden.
- Wij organiseerden.
vervoeging van |
---|
organiseren |
organiseerden