opensource

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  opensource    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌopə(n)ˈsɔːrs / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• open·source

Woordherkomst en -opbouw

• van Engels  open source zn 

	stellend
onverbogen	opensource
verbogen	-

Bijvoeglijk naamwoord

opensource

1. (informatica) (juridisch) (van programmatuur) met een broncode die helemaal gepubliceerd is en door iedereen mag worden gebruikt en aangepast

   ▸ De software van de printer moet volledig opensource blijven, zodat iedereen deze kan bekijken en veranderen.

2. (juridisch) (figuurlijk) waarbij de rechten van bedenkers en ontwikkelaars zo zijn vastgelegd dat iedereen hun werk kan gebruiken en verder ontwikkelen

   ▸ Australiërs hebben een prototype handtas gemaakt die automatisch op slot gaat tijdens periodes waarin de eigenaar het meest zin heeft in winkelen. (…) De tas wordt aangestuurd door opensource Arduino-hardware.

Gangbaarheid

• Het woord opensource staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.