ontpakt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ont·pakt
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van ontpakken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ontpakken |
ontpakt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontpakken
- Jij ontpakt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontpakken
- Hij ontpakt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van ontpakken
- Ontpakt!
vervoeging van: | ontpakken… |
verbogen vorm: | ontpakte |
ontpakt
- voltooid deelwoord van ontpakken
Gangbaarheid
- Het woord ontpakt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.