ontkalking

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  ontkalking    (hulp, bestand)
• IPA: / ɔntˈkɑlkɪŋ / (3 lettergrepen)
  • (Noord-Nederland): /ɔnt.ˈkɑɫ.kɪŋ/
  • (Vlaanderen, Brabant): /ɔnt.ˈkɑɫ.kɪŋ/
  • (Limburg): /ɔnt.ˈkɑl.kɪŋ/

Woordafbreking

• ont·kal·king

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van ontkalken met het achtervoegsel -ing.

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	ontkalking	ontkalkingen
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de ontkalking v

1. het verwijderen van kalk van een metalen oppervlak, met name van de binnenkant van waterkokers e.d

   • Zonder regelmatige ontkalking kunnen koffiezetapparaten kapot gaan. 

Vertalingen

    1. het verwijderen van kalk van een metalen oppervlak   

Deens: afkalkning (da) g Duits: Entkalkung (de) v Engels: descaling (en) Fins: kalkinpoisto (fi) Frans: détartrage (fr) m Italiaans: decalcificazione (it) v

Noors: avkalking (no) v Nynorsk: avkalking (nn) v Portugees: descalcificação (pt) v Roemeens: decalcifiere (ro) o Spaans: descalcificación (es) v Zweeds: avkalkning (sv) g

Gangbaarheid

• Het woord ontkalking staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.