onthoofd

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ont·hoofd
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van onthoofden: de stam zonder -d omdat de stam al op -d eindigt en zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van
onthoofden

onthoofd

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onthoofden
    • Ik onthoofd. 
  2. gebiedende wijs van onthoofden
    • Onthoofd! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onthoofden
    • Onthoofd je? 
vervoeging van: onthoofden…
verbogen vorm: onthoofde

onthoofd

  1. voltooid deelwoord van onthoofden

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be