omwisselbaar

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • om·wis·sel·baar
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen omwisselbaar omwisselbaarder omwisselbaarst
verbogen omwisselbare omwisselbaardere omwisselbaarste
partitief omwisselbaars omwisselbaarders -

Bijvoeglijk naamwoord

omwisselbaar

  1. te vervangen door wat anders
    • De euro is de compositiemunt van een gebied met een pover groeicijfer en een ontoereikend antwoord op de economische crisis. De Chinese yuan is nog niet omwisselbaar. Er is dus in het geheel geen leidende munt meer. [1] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Harold James NRC 6 januari 2010