noordelijke geelwanggibbon
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- noor·de·lij·ke geel·wang·gib·bon
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van noordelijke en geelwanggibbon
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | noordelijke geelwanggibbon | noordelijke geelwanggibbons |
verkleinwoord | noordelijk geelwanggibbonnetje | noordelijke geelwanggibbonnetjes |
Zelfstandig naamwoord
de noordelijke geelwanggibbon m
- (primaten) Nomascus annamensis een gibbonsoort uit het geslacht Nomascus. De soort werd voor het eerst beschreven in 2010
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'noordelijke geelwanggibbon' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.