monitorden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: monitorden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- mo·ni·tor·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
monitoren |
monitorden
- meervoud verleden tijd van monitoren
- Wij monitorden.
- Jullie monitorden.
- Zij monitorden.
- Wij monitorden.