modificeert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: modificeert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- mo·di·fi·ceert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
modificeren |
modificeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van modificeren
- Jij modificeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van modificeren
- Hij modificeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van modificeren
- Modificeert!