mochte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- moch·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
mogen |
mochte
- aanvoegende wijs van mogen in de verleden tijd
- Mochte mij dat nieuws gebeuren, dat ik zage, wel en wis, Vlanderen ‘t Waalsche wambuis scheuren, daarin ‘t nu genepen is. (uit: Mochte mij dat nieuws gebeuren, Guido Gezelle)