lijdt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lijdt

Werkwoord

vervoeging van
lijden

lijdt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lijden
    • Jij lijdt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lijden
    • Hij lijdt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van lijden
    • Lijdt!