liedboek

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Antwerps liedboek
Uitspraak
Woordafbreking
  • lied·boek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord liedboek liedboeken
verkleinwoord liedboekje liedboekjes

Zelfstandig naamwoord

het liedboeko

  1. een boek met een verzameling (kerkelijke) liederen
    • Bij een verkoop door een klein Brussels veilinghuis is in 2014 een zeldzaam manuscript opgedoken van een liedboek dat dateert uit de 15de eeuw met hierin 50 liederen van Frans-Vlaamse polyfonisten, waarvan 12 tot dusver onbekende.[2] 
    • „De tijd is er nog niet rijp voor. Het zijn koren met twee hele verschillende signaturen. Het ACM heeft in het vaandel staan dat ze zingend hun geloof getuigen. En ze zingen uit het liedboek van de kerk. Het AMK heeft geen christelijke achtergrond en zingt veel algemenere liederen. Bij een fusie zou iedereen water bij de wijn moeten doen.”[3]  
Vertalingen

Gangbaarheid

90 % van de Nederlanders;
75 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. De Standaard 24/04/2017 door mg
  3. Tubantia Almelo 13-02-2012
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be