kwalificeert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kwa·li·fi·ceert

Werkwoord

vervoeging van
kwalificeren

kwalificeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwalificeren
    • Jij kwalificeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kwalificeren
    • Hij kwalificeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kwalificeren
    • Kwalificeert!