kronkelachtig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kron·kel·ach·tig
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van kronkelen met het achtervoegsel -achtig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | kronkelachtig | kronkelachtiger | kronkelachtigst |
verbogen | kronkelachtige | kronkelachtigere | kronkelachtigste |
partitief | kronkelachtigs | kronkelachtigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
kronkelachtig
- geneigd zijn tot kronkelen
- Mijn vrouw geniet van kronkelachtige wegen want dan kan ze zo lekker bochtjes draaien.
Gangbaarheid
- Het woord kronkelachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.