kostede

Uit WikiWoordenboek

Deens

Woordafbreking
  • kos·te·de
Naar frequentie 3292

Werkwoord

kostede

  1. verleden tijd van koste


Noors

Woordafbreking
  • kos·te·de
Naar frequentie 20305

Bijvoeglijk naamwoord

kostede, m / v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van koste

kostede, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van koste
Schrijfwijzen