koepeltaal
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: koepeltaal (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkupəlˌtal / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- koe·pel·taal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van koepel zn en taal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | koepeltaal | koepeltalen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (taalkunde) taalvariant die sprekers van uiteenlopende nauw verwante talen of dialecten voor onderlinge communicatie gebruiken
- De geschreven variëteit die daarentegen als meest prestigieus wordt ervaren, en die in de schrijftaalpraktijk ook frequentst opduikt, is ontegenzeglijk de geschreven standaardtaal. Wat het uizicht [sic!] van die neergeschreven koepeltaal betreft, beklemtonen Grondelaers & Van Hout (2011:207-209) dat de schrijftaalnorm in België dezelfde is als die ten noorden van de grote rivieren. [1]
Synoniemen
Hyponiemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. taalvariant die sprekers van uiteenlopende nauw verwante talen of dialecten voor onderlinge communicatie gebruiken
Gangbaarheid
- Het woord 'koepeltaal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ De Cock, T.Een grens overschreden? Geschreven tussentaal in publieke media (2013) masterscriptie Universiteit Gent; p. 17; geraadpleegd 2019-03-07
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Taalkunde in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal