knikkend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • knik·kend

Werkwoord

vervoeging van: knikken
verbogen vorm: knikkende

knikkend

  1. onvoltooid deelwoord van knikken
stellend
onverbogen knikkend
verbogen knikkende
partitief knikkends

Bijvoeglijk naamwoord

knikkend

  1. om één as buigend
    • Na de bijeenkomst was ik nog heel wat tijd kwijt om mijn onderkaak van de grond te rapen. Paniek maakte me van me meester: ik kan hier, met hem, geen dag langer werken. De bedrijfsdino echter dronk rustig de laatste slok lauwe koffie uit zijn mok en stiefelde neuriënd weer naar zijn werkplek. Duwde zachtjes op het knikkende hoofdje van het kunststof hondje op zijn bureau en ging verder met de orde van de dag. [1] 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
Uitdrukkingen en gezegden
  • met knikkende knieën
met spanning en angst
•  ,,Eigenlijk heb ik mij gedurende mijn hele carrière gerealiseerd van wow dat is niet zomaar wat. Je hebt niet recht op het podium en het succes, daar moet je ook wat voor doen. Ik neem dat heel serieus. Om zo goed mogelijk als zangeres om een liedje een identiteit te geven, een gevoel en hart en ziel. Dan ga ik altijd voor een klein hobbeltje van knikkende knietjes.” [2] 
    • Voor Steven Kruijswijk is het zaak om wat speling te pakken, om iets te klimmen in het klassement. ,,Hij moet zoveel mogelijk afstand nemen van de jongens die straks bergop wat gaan proberen met een versnelling. En Romain Bardet zal met knikkende knieën starten.” [3] 

Gangbaarheid


Verwijzingen