kamermusicus
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ka·mer·mu·si·cus
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kamermusicus | kamermusici |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de kamermusicus m
- iemand die muziek maakt samen met een paar andere mensen
Verwante begrippen
Hyperoniemen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord kamermusicus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Sandes, DavidDe wondermethode 2006 ISBN 9044509543 pagina 24
- ↑ de Standaard 12 SEPTEMBER 2008