intentioneel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·ten·ti·o·neel
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | intentioneel | intentioneler | intentioneelst |
verbogen | intentionele | intentionelere | intentioneelste |
partitief | intentioneels | intentionelers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
intentioneel [1]
- opzettelijk, expres, met een zekere bedoeling
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord intentioneel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "intentioneel" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be